Nieuwsberichten

Bovib te gast in podcast ZiPTalk: wat betekenen de zzp-plannen voor de dagelijkse praktijk?

Bovib te gast in podcast ZiPTalk: wat betekenen de zzp-plannen voor de dagelijkse praktijk?

Lobbygroeplid Sem Overduin was namens Bovib te gast in ZiPtalk, de podcast van ZiPconomy. Samen met Margreet Drijvers (PZO) sprak hij over de invloed van de aangekondigde kabinetsplannen rondom werken met zzp'ers.

In de eerste aflevering van ZiPTalk van dit jaar blikken Hugo-Jan Ruts en Narada Bouwland vooruit op 2023. Er is schaarste op de arbeidsmarkt, ook waar het gaat om inhuur. Persoonlijke aandacht en goed opdrachtgeverschap en de rol van technologie spelen daarom een belangrijke rol dit jaar. Wat politiek betreft is de kloof tussen Den Haag en de maatschappij gegroeid. Met de aankomende verkiezingen van de Provinciale Staten is veel nog onduidelijk, maar na de publicatie van de kamerbrief met kerst is er behoefte aan helderheid. Daarom spreken Ruts en Bouwland met twee experts: Sem Overduin (Public Affairs Officer bij HeadFirst Group en lid van de lobbywerkgroep van de Bovib) en Margreet Drijvers (directeur PZO).

De zzp-plannen op hoofdlijnen

Overduin vat de kamerbrief samen op basis van de drie sporen waarlangs de minister de balans op de arbeidsmarkt wil herstellen:

  1. Het creëren van een gelijk speelveld

De intentie is om de sociale en fiscale verschillen tussen werknemers en zelfstandigen te verkleinen. Dit gaat om het invoeren van de verplichte AOV en de versnelde afbouw van de zelfstandigenaftrek.

  1. Duidelijkheid over de beoordeling van de arbeidsrelatie. Bij de beoordeling of iemand als werknemer beschouwd moet worden, wil de minister kijken naar de mate waarin hij ‘organisatorisch ingebed’ is. Als dat zo is, dan kan hij niet ingehuurd worden als zzp’er. Daarbij maakt het kabinet een uitzondering voor wie overduidelijk ondernemer is.

  2. Verbeteren van de handhaving op schijnzelfstandigheid. Sinds 2017 is sprake van een handhavingsmoratorium op de Wet DBA (er wordt niet gehandhaafd). Het moratorium wordt uiterlijk 1 januari 2025 opgeheven.

De invloed van de plannen op de dagelijkse praktijk

Wat betekenen deze plannen voor de dagelijkse praktijk waar intermediairs en zelfstandigen mee te maken hebben? Drijvers denkt dat er weinig zal veranderen. Juridisch gezien is het juist om vast te houden aan het Europese arbeidsrecht, maar er zijn veel mogelijkheden om dat te doen. Uit de kamerbrief blijken volgens haar enkele positieve punten: het kabinet zegt dat zelfstandigen belangrijk zijn en een plek verdienen in de maatschappij en de brief laat daadkracht zien om tot duidelijk beleid te komen. 

Verder meent Drijvers dat het criterium ‘organisatorische inbedding’ verschillend geïnterpreteerd kan worden (zoals de Bovib eerder al uitlegde aan ZiPconomy) en dus dat mogelijk de gewenste duidelijkheid uitblijft.

Inbedding: een grijs gebied

Overduin geeft met praktische voorbeelden aan hoe lastig het kan worden om te bepalen of iemand in een organisatie ingebed is. Hoe zit het bijvoorbeeld met een goedbetaalde IT’er die langdurig via een intermediair bij één opdrachtgever werkt? Welk ‘ventiel’ komt er in de regelgeving zodat het toch mogelijk blijft om dit werk door een zelfstandige uit te laten voeren? Overduin gaat er vanuit dat de Bovib betrokken wordt bij de verdere uitwerking van de nieuwe regels. Hij ziet het als kans voor de intermediaire branche om mee te denken in deze interessante discussie.

Elementen die volgens Overduin kunnen passen in de afweging zijn bijvoorbeeld de mate van expertise/specialisatie, heldere afbakening van een project en een aanzienlijk hoger tarief. Het handboek Loonheffingen heeft al een lijst met dergelijke criteria op basis van jurisprudentie.

De tijdslijn van de zzp-plannen

Overduin legt uit dat veel plannen nog uitgewerkt moet worden, waardoor het lastig is om de exacte impact voor opdrachtgevers, bureaus en zelfstandigen in te schatten. Het overleg met sociale partners en experts over de invulling van de regels moet nog plaatsvinden. Overduin schat in dat daarbinnen voldoende ruimte blijft voor flexibiliteit en zzp-schap.

“Goede wetgeving vraagt tijd,” zegt Overduin. De eerste stap is de verdere uitwerking van de kamerbrief, daarna volgt een debat en de verwachting dat er in de zomer van 2023 een wetsvoorstel zal liggen wat dan aan de markt kan worden gepresenteerd (door middel van een internetconsultatie). Daarbij heeft het kabinet geen meerderheid in de Eerste Kamer, dus de minister moet rekening houden met de mening van de oppositie. Aan de linker- of aan de rechterkant.

Op de vraag of men zich nu al moet voorbereiden op komende veranderingen, antwoordt Drijvers dat het voor zelfstandigen belangrijk is om bewust te kiezen voor ondernemerschap en dit vervolgens ook uit te dragen en er naar te handelen. Aan opdrachtgevers en intermediairs adviseert Overduin: ”Houd je lopende contract en opdrachten eens stevig voor het licht. Waarom huur je iemand in, hoe ziet de opdracht eruit? Ga het gesprek aan en creëer voor jezelf duidelijkheid over de manier waarop je samenwerkt. 1 januari 2025 klinkt ver weg maar voor je het weet is het zover.”

Luister de podcast op Spotify.

Reacties

Log in om de reacties te lezen en te plaatsen